In de tijd van de analoge fotografie werden foto's en films in een mooi boekwerk of schoenendoos bewaard. Ook 'niet gelukte foto's' kwamen daar in terecht. Als je veel fotografeerde dan ging je, als je daar zin in had, het materiaal ordenen op datum, onderwerp of wat dan ook. De hoeveelheid foto's werd met het jaar groter en een beetje fotograaf vond dat geen probleem.
Newcastle 1979, de scheepswerven zijn allang weg.
Ik ga nu niet uitweiden over het feit dat ik, na veel weggooien, nog een stevige kast vol negatieven heb staan. In die kast, een museum van levensordening, staan ook keurige mappen maar voornamelijk dozen gevuld met in plastic verpakte negatieven (en dia's) want je weet maar nooit of je het nog nodig hebt.
Dat je het nodig kan hebben kan pas na jaren blijken. Het materiaal groeit vanzelf naar erfgoed toe. De saaie foto van de straat in 1974 is nu ineens geen saaie straat meer. Andere auto's, kleding, winkels, reclameborden maken het een historisch plaatje. Zomaar ongemerkt heb je de tijd vastgelegd die nu voor anderen best interessant kan zijn.
Aiquile, Bolivia voor de verwoesting door een aardbeving
Hoe gaat dat met digitale fotografie?
Instagram, Pinterest, FB, Twitter en noem maar op zijn de persoonlijke foto-albums van veel fotografen geworden. Meestal zijn dat lage resolutie jpg afbeeldingen en na een aantal jaren zijn dat er veel, heel veel. Sociale media als fotokast.
Ordening is er meestal niet, meestal enkel op datum of titel maar het is wel gratis. Ook in de cloud, en dat zijn ook harde schijven, kan je gratis best wel veel materiaal kwijt.
Antarctica, Rothera basis 1991, ook toen al smeltende ijskappen.
Het probleem begint met hoge resolutie fotografie. Mijn Sony camera genereert ongeveer 90mb per foto. Omgezet naar tiff is dat al snel 150-230 mb per plaatje. Kort gezegd zijn 4-6 tiffs een gigabite en met je 10 gigabite ben je snel klaar met je gratis cloud service. Ook sociale media accepteren voornamelijk jpg en geen tiff (of wat dan ook) want dat kost teveel ruimte.
Eigen harde schijven van 10 TB geven even wat adem. Op een gegeven moment koop je er 1 bij en voor je het weet staan er 6 van die dingen op je bureau te zoemen.
Harde schijven gaan stuk, allemaal. Dus je moet ze om de zoveel tijd vervangen en dus weer kopiëren van de oude naar de nieuwe tot dat dat ook niet meer kan omdat de schijf echt stuk is.
Gdansk, Polen 1993 met nog restanten van de tweede wereldoorlog die nu weg zijn.
Zelf heb ik meegemaakt dat oude tiff-beelden (Photoshop 3 uit 1995) niet meer door Photoshop 'NU' kan worden geopend. Dat kan nu wel met Microsoft Paint en die schrijft het weer weg als tiff.
Als je 3000 tiffs hebt uit die tijd ga je die dan een voor een inladen en weer wegschrijven?
Dappermarkt Amsterdam 1976, verse vis.
Samenvattend: er gaat veel digitaal materiaal verloren. Aan de andere kant worden er miljarden foto's op sociale media bewaard. Gelukkig zijn er steeds betere blow-up technieken om de kwaliteit te garanderen. Maar wat gaan de sociale media in de toekomst doen? Het zijn grote multinationals die dolblij zijn met het materiaal en het absoluut in de toekomst gaan gebruiken. ze bewaren het heus niet omdat ze je graag volgen en advertenties laten zien.
Als je over 20 jaar een eigen foto ergens terug ziet, kan je dan bewijzen dat het jouw foto is? Als langzaam de voorwaarden veranderen en je bent het er niet mee eens? Ga je dan alles terug halen en opslaan op harde schijven?
Station Arnhem 2010, voor/tijdens de nieuwbouw
Erfgoed is belangrijk. Het bewaren van digitaal erfgoed is al een vak apart en zal in de toekomst een duizelingwekkend probleem (kunnen) worden. Is er al een digitale erfgoedwet?
Reactie plaatsen
Reacties